Wat doen we met die plunjebaal?
Ko Sent is Geestelijk Verzorger bij de Koninklijke Landmacht en werkt al sinds 2000 met militairen en veteranen. In het kader van zijn opleiding Contextueel Pastoraat heeft hij kennis gemaakt met de theorie van Ivan Boszormeny-Nagy, een Hongaars-Amerikaanse psychotherapeut. Hij heeft iets bedacht hoe kinderen in het reine kunnen komen met hun ouders. Hij noemt dat ‘exoneratie’. De definitie die hij daarvan geeft luidt:
“Exoneratie is een proces waarin de last van schuld bij iemand die wij tot dan toe de schuld hebben gegeven, van de schouders wordt genomen. Exoneratie verschilt van vergeven. Daadwerkelijk vergeven laat gewoonlijk de veronderstelling van schuld onverlet en laat de grootmoedigheid van degene die vergeeft, zich uitstrekken tot degene die hem of haar heeft gekwetst. Door vergeving aan te bieden ziet iemand er van af om de schuldige aansprakelijk te stellen en straf te eisen. In tegenstelling daarmee is exoneratie het resultaat van een volwassen hertaxatie van de slachtoffering van de tekort schietende ouder in zijn eigen jeugd. Exoneratie vervangt een raamwerk van verwijt door een volwassen beoordeling van keuzen, inspanningen en grenzen van iemand (of een situatie) in het verleden.”
Hij schreef naar aanleiding daarvan aan mij: “De wijze waarop u over de plunjebaal van uw vader sprak is wat mij betreft een schoolvoorbeeld van exoneratie. U was niet van plan de plunjebaal te dragen. U heeft hem uitgepakt, gekeken wat er in zat en hem weer respectvol ingepakt. Maar u heeft hem niet gedragen. U heeft een hertaxatie uitgevoerd van het levensverhaal van uw vader en u bent tot begrip gekomen. Althans, zo heb ik uw verhaal geïnterpreteerd”.
Het contact heeft mede geleid tot het werkstuk ‘Wat doen we met die plunjebaal?” , dat hier is te lezen.